Samen op weg naar een duurzame bouwlogistiek

Het principe van vendor-managed inventory (VMI) is dat de leverancier samen met de klant de hoeveelheid van een bepaald type materiaal bepaalt die nodig is tijdens verschillende fasen van een project. Dit wordt beschikbaar gesteld op de bouwplaats, materiaal wordt afgenomen op verbruik. De leverancier is eigenaar van het materiaal, totdat het wordt gebruikt. Hierbij kan het zelfs zo zijn dat de leverancier dus moet betalen voor eventuele stalling op het bouwterrein (als prikkel voor eigen pull-productie en JIT-leveringen). De leverancier factureert de afnemer regelmatig voor verbruik.

De leverancier wordt dan wel de enige leverancier (of liever een van de twee, vanwege innovatieve competitie en risicospreiding) voor die items, en krijgt daarmee een zeer groot aandeel in dit deel van de business. Om leveringszekerheid te garanderen worden de leveranciers ook betrokken in het planningsproces. Ze zijn wellicht ook nodig voor hun kennis van het product tijdens de ontwerpfase en service nadien. Deze innige samenwerking leidt tot een win-winsituatie van zowel afnemer als leverancier (Maylor 2005), omdat:

• de klant alleen betaalt voor wat werkelijk wordt gebruikt;
• de klant alleen betaalt voor het materiaal wanneer het wordt gebruikt, dus niet
  vooraf;
• het aantal transacties drastisch afneemt, aangezien niet voor elke project weer
  onderhandeld en het proces afgestemd hoeft te worden om daarna alles nog
  eens in losse contracten te gieten;
• de klant de kosten van opslag, controle en verplaatsing van materiaal elimineert;
• de leverancier voor een langere tijd verzekerd is van afname aan een klant die
  de afspraken kent, hierdoor hoeft men niet telkens offertes uit te schrijven en
  werkwijzen uit te leggen;
• de leverancier regelmatig kleinere porties kan leveren, in plaats af en toe een
  grote bulk waarop de gehele organisatie moet afstemmen;
• beide partijen elkaar kunnen helpen om samen beter te worden en zo de
  concurrentie met anderen aan kunnen gaan;
• de mogelijkheid tot strategische partnering tussen bedrijven daardoor wordt
  vergroot.